Het voormalige leenhof Zevecote, een van de vier leenhoven op Assebroek die onder de Burg van Brugge vielen, kent een rijke geschiedenis die teruggaat tot 1258. Oorspronkelijk eigendom van ridder Gui van Vlaenderen, heeft het kasteel door de eeuwen heen verschillende transformaties ondergaan. Zo werd het rond 1490 zwaar geplunderd tijdens de opstand van de Vlaamse steden en diende het in het derde kwart van de 16de eeuw als locatie voor godsdienstige prediking in de open lucht, gehouden door protestanten die toen nog geen eigen kerkgebouwen mochten gebruiken.
Het kasteel zelf is een uitzonderlijk voorbeeld van een laatmiddeleeuws bouwwerk met een oorspronkelijk L-vormige plattegrond, bestaande uit een diep- en breedhuis met in de oksel een hoge trap- of uitkijktoren. Constructieve elementen zoals balkenlagen, sporenkap en metselwerk wijzen op een kern die teruggaat tot de 14de- en 15de eeuw, terwijl het gebouw aan het einde van de 18de en het begin van de 19de eeuw ingrijpende binnen- en buitenaanpassingen onderging.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog liep het kasteel schade op. In 1926 verwierf Urbain Bossuyt het domein, maakte van de kasteeldreef een publieke weg en verkocht delen van de gronden voor de aanleg van de nieuwe Sint-Kristoffelwijk. Vanwege zijn historische en architectuurhistorische waarde is kasteel Zevecote voorlopig beschermd als monument.